Begin 2025 wil het Gemeentebestuur van Den Haag een ‘brede consultatie’ starten over aanpassingen aan toekomstige zeespiegelstijging. Wethouder Robert Barker (PvdD) pleit voor zeewaarts opschuiven van strand en duinen. Initiatiefgroep Tweede Kustlijn (ITK) wijst op het alternatief van een kustmeer met strandwal op ruime afstand voor de kust, zodat badplaats Scheveningen met zijn haven zijn huidige karakter kan behouden.
Wethouder Robert Barker: ‘Scheveningen en Den Haag beschermen tegen zeespiegelstijging’. (Foto: Frank Jansen)
Barker schetst twee routes: ‘Den Haag stad aan zee’, met behoud en versterking van de huidige kust en ‘Den Haag stad achter de duinen’, waarbij ‘in tientallen jaren’ een nieuwe brede en hoge zandige duinenrij tegen de Scheveningse kust wordt opgebouwd. Voor ‘Stad aan Zee’’ zal de huidige primaire waterkering achter de haven naar voren gelegd moeten worden om de waterveiligheid zeker te stellen, wat een grote ingreep is. Bij ‘Stad achter de duinen’ kan de duinenrij voor de haven komen te liggen. In deze situatie zal een oplossing gevonden moeten worden voor de functionaliteit van de haven.
Dick Butijn (ITK) heeft betoogd dat met het plan Tweede Kustlijn badplaats en haven Scheveningen en ook het duingebied in hun huidige vorm behouden kunnen blijven. Ook waarschuwde hij de Gemeenteraad dat het gevaar ‘van achteren’ nog urgenter is. Als door het gestegen rivierpeil de Randstad overstroomt, tast dit direct de veiligheid van Den Haag en omstreken aan. De aanleg van een Tweede Kustlijn lost dit op: de rivieren stromen vrij uit in de kustmeren en staan niet meer onder invloed van de stijgende zee.
Op 12 maart 2025 volgt een werkbespreking met gemeenteraadsleden en experts over de toekomst van de Haagse kust, waaraan De Tweede Kustlijn waarschijnlijk een bijdrage zal leveren.